Klik rechtsboven op de knop 'PDF' om dit overzicht in pdf-vorm te downloaden.
Wetsvoorstel wijzigingen wet BIG
Minister van Ark (Medische Zorg) heeft een wetsvoorstel ingediend in verband met de organisatie van de regionale tuchtcolleges en tot het aanbrengen van enkele andere wijzigingen. Voorgesteld wordt om twee regionale tuchtcolleges (Groningen en Den Haag) op te heffen en het regionale tuchtcollege van Eindhoven naar ‘s-Hertogenbosch te verplaatsen. Hiermee wordt het aantal regionale tuchtcolleges teruggebracht van vijf tot drie. Daarnaast is in dit wetsvoorstel een aantal wijzigingsvoorstellen overgenomen uit het niet ingediende ontwerp van BIG II en maakt de minister gebruik van de mogelijkheid om een aantal andere wijzigingen in de Wet BIG door te voeren. Het betreft onder meer regels die een voorziening treffen voor de gevallen dat de maatregeling van doorhaling wordt opgelegd en de betrokkene voor effectuering daarvan zich al op verzoek heeft uitlaten schrijven, regels tot wijziging van de Wet medisch tuchtrecht BES, en aanpassing van de voorhangprocedure van artikel 91 van de Wet BIG.
Wetsvoorstel en Memorie van toelichting
Neuroloog hoefde geen vervolgafspraak te maken
Klaagster is gevallen waarbij zij haar linkerenkel brak op drie plaatsen. Zij is hiervoor geopereerd. Klaagster werd door de chirurg verwezen naar beklaagde (neuroloog) wegens invaliderende zenuwpijn, die haar vervolgens tweemaal heeft gezien. Wegens verdenking op een nervus peroneus neuropathie links heeft de neuroloog tijdens het eerste consult een EMG-onderzoek aangevraagd, medicatie voorgeschreven en de conclusie en het beleid met klaagster besproken. Het EMG-onderzoek bevestigde het vermoeden en de uitslag werd tijdens het tweede consult met klaagster besproken. Hierbij is in overleg met klaagster tevens besloten de medicatie af te bouwen en werden er oefeninstructies meegegeven. Er werd geen nieuwe afspraak gemaakt. De neuroloog heeft de huisarts (en in kopie ook de verwijzend chirurg) geïnformeerd over het consult.
Klaagster verwijt de neuroloog hoofdzakelijk dat zij de behandeling na het tweede consult heeft gestaakt door geen vervolgafspraak te maken. Het regionaal tuchtcollege oordeelt dat de neuroloog medisch gezien correct heeft gehandeld en voldoende zorg en (vervolg)behandeling heeft verleend aan klaagster. Nu de neuroloog naar eigen zeggen zelf niet iets of niet veel meer kon doen aan/tegen de klachten van klaagster heeft zij klaagster op correcte wijze met een duidelijk beleid terugverwezen naar de huisarts. Het stond de huisarts vervolgens vrij om het genoemde beleid zelf uit te voeren of klaagster daarvoor weer een afspraak bij de neuroloog te laten maken. Klaagster had ook uit eigen beweging weer contact kunnen opnemen met de neuroloog, als er sprake was van een verandering van het klachtenpatroon. De klacht wordt ongegrond verklaard.
RTG Amsterdam 26 augustus 2020, 2019/439, ECLI:NL:TGZRAMS:2020:105
Internist heeft patiënt niet overhaast ontslagen
Klaagster heeft een klacht ingediend tegen beklaagde (internist) over de behandeling van haar moeder (patiënte). Patiënte werd opgenomen wegens een facialisparese en krachtverlies links. Op de afdeling interne geneeskunde werd ze behandeld voor een diep veneuze trombose en longontsteking. Het vermoeden dat sprake was van een longembolie kon niet worden bevestigd omdat op verzoek van patiënte geen CT-scan werd gemaakt. Negen dagen na opname vond een gesprek met de familie plaats en werd besloten toe te werken naar ontslag. De dag erna bleek thuis nog geen bed beneden beschikbaar te zijn waardoor de opname met een dag werd verlengd. Die nacht is patiënte onverwacht overleden. Klaagster verwijt de internist onder meer het zeer onverwacht gegeven ontslag, zonder dringende reden. Het regionaal tuchtcollege overweegt dat het op grond van het dossier aannemelijk is dat langere opname van patiënte in het ziekenhuis geen meerwaarde zou hebben gehad en dat er voldoende tijd is genomen om patiënte naar huis te begeleiden. Er zijn geen aanwijzingen dat patiënte overhaast naar huis moest vanwege een andere patiënt. De klacht wordt zowel op dit onderdeel als de overige onderdelen ongegrond verklaard.
RTG Zwolle 7 september 2020, 279/2019, ECLI:NL:TGZRZWO:2020:93
Open consultatie online toestemmingsvoorziening
Het Informatieberaad Zorg legt het document ‘Online Toestemmingsvoorziening: Mitz als bouwsteen’ van de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) voor ter openbare consultatie. De online toestemmingsvoorziening moet iedereen de mogelijkheid bieden om op één plek zijn of haar toestemmingen voor het delen van medische informatie vast te leggen, in te zien en te beheren. De online toestemmingsvoorziening is een generieke dienst voor burgers, patiënten en cliënten waarop zorgaanbieders kunnen aansluiten, en heeft betrekking op de uitwisseling van gegevens tussen zorgaanbieders, waarbij toestemming als grondslag vereist is, of bezwaar gecontroleerd moet kunnen worden. Het document beschrijft waar een online toestemmingsvoorziening als generieke dienst aan moet voldoen. De online toestemmingsvoorziening Mitz is hier een nadere uitwerking van. Het is gebaseerd op het huidige wettelijke kader van uitdrukkelijke toestemming (artikel 15a lid 1 van de Wabvpz). Reageren op de open consultatie kan t/m 5 oktober a.s.
Toezicht op medisch specialistische zorg in coronatijd
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft een rapport uitgebracht naar aanleiding van gesprekken die zij tijdens de coronacrisis hebben gehad met bestuurders in de medisch specialistische zorg (MSZ). In dit rapport beschrijft de inspectie wat er uit die gesprekken is voortgekomen en welke lessen er zijn geleerd. In de voorbereiding op een eventuele tweede golf van de COVID-19 uitbraak wil de inspectie zich in het toezicht op de MSZ nadrukkelijk richten op het effectief toepassen van alle geleerde lessen en het toetsen van de uitwerking daarvan in de praktijk. Punten van aandacht zijn onder meer de voortgang van opschalings- en opleidingsplannen, het in stand houden van de reguliere zorg tijdens een mogelijke tweede golf, de positie van de Chief Medical Information Officer bij de organisatie van de zorg en de gegevensuitwisseling, en de beschikbaarheid van persoonlijke beschermingsmiddelen, medische hulpmiddelen en geneesmiddelen.
Relevante gezondheidsrechtelijke ontwikkelingen op gebied van wet- en regelgeving en rechtspraak. Dit overzicht is opgesteld door de gezondheidsjuristen van de KNMG.
Het is mogelijk dat uitspraken opgenomen in het onderdeel rechtspraak nog niet onherroepelijk zijn en dat hier nog hoger beroep tegen in wordt gesteld.
Relevante gezondheidsrechtelijke ontwikkelingen op gebied van wet- en regelgeving en rechtspraak. Dit overzicht is opgesteld door de gezondheidsjuristen van de KNMG.
Het is mogelijk dat uitspraken opgenomen in het onderdeel rechtspraak nog niet onherroepelijk zijn en dat hier nog hoger beroep tegen in wordt gesteld.