De KNMG gaat er van uit dat artsen zich niets aantrekken van de brieven die momenteel worden rondgestuurd door het anonieme ‘Artsenteam Viruswaarheid’ en de ‘Stichting Artsen voor Waarheid’. De KNMG vindt het kwalijk dat artsen andere artsen - soms zelfs op hun privéadres - benaderen met een waarschuwing voor vermeende juridische risico’s van het verlenen van medewerking aan de uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma tegen COVID-19.
De KNMG keurt deze poging om artsen ten onrechte en met onjuiste informatie angst in te boezemen met kracht af. Zij heeft de IGJ inmiddels ingelicht.
In de brieven stellen de opstellers zich op het standpunt dat het hier om een wetenschappelijk onderzoek zou gaan. Dit omdat de vaccins voorwaardelijk zijn goedgekeurd. In de brief worden bepalingen uit de Geneesmiddelenwet en de Wet medisch wetenschappelijk onderzoek met mensen geciteerd. Artsen zouden hun patiënten uitgebreid moeten wijzen op het feit dat het om een onderzoek gaat en ook op alle - ook de zeldzame - bijwerkingen van de vaccins. Dit alles op straffe van aansprakelijkheid voor eventuele vaccinatie-schade door onvolledige informatie. De bewijslast daarvoor zou volledig bij de individuele arts liggen.
Vaccineren tegen COVID-19 is geen wetenschappelijk onderzoek maar betreft een reguliere vaccinatie met door onafhankelijke autoriteiten goedgekeurde en tot de markt toegelaten vaccins. Dat wil zeggen dat de risico’s van het vaccin acceptabel werden geacht in relatie tot de werkzaamheid ervan. Dat het om een voorwaardelijke goedkeuring gaat, betekent dat de fabrikant de komende twee jaar nadere onderzoeksresultaten moet voorleggen, maar niet dat het om een experiment zou gaan.
Bovendien maakt de vaccinatie onderdeel uit van het Rijksvaccinatieprogramma. Zo’n programma wordt uitgevoerd op basis van door het RIVM daartoe opgestelde richtlijnen, dus conform de professionele standaard. De indicatie voor vaccinatie staat vermeld in deze richtlijn en hoeft dus niet bij iedereen afzonderlijk gesteld te worden. De patiëntenvoorlichting over de vaccinatie is overigens tussen alle betrokken partijen nauw afgestemd. Daarmee worden patiënten goed geïnformeerd en kunnen zij zelf hun keuze maken over vaccinatie.
Vaccineren is een voorbehouden handeling. Dat betekent dat de arts eindverantwoordelijk is voor het stellen van de contra-indicaties. De Uitvoeringsrichtlijn Covid-19-vaccinatie bevat (in hoofdstuk 4) ook informatie over contra-indicaties en aandoeningen die aandacht vragen bij Covid-19 vaccinaties.
Ook in de uitvoering moeten de richtlijnen worden gevolgd. Deze voorzien ook in het ondervangen van meer zeldzaam optredende bijwerkingen zoals een allergische reactie op het vaccin. Dit door de persoon een kwartier na vaccinatie in de vaccinatieruimte te laten zitten. Is sprake van een contra-indicatie of een groep waarvoor het vaccin nog niet is goedgekeurd, dan moet het vaccin in beginsel niet worden gegeven. Wordt van de richtlijn afgeweken, dan moet dat worden gemotiveerd en zijn overlegd met het RIVM.
Taken kunnen gedelegeerd worden aan verpleegkundigen met een functionele zelfstandige bevoegdheid en professionals zonder een functionele zelfstandige bevoegdheid conform de regeling van het delegeren van voorbehouden handelingen in de Wet BIG.
Daarnaast is degene die vaccineert verantwoordelijk voor de juiste toediening en dient zich ook te houden aan de professionele standaard zoals beschreven in de richtlijn. De uitvoerende organisatie is verantwoordelijk voor het laatste stuk in de keten van het vaccinbeheer. Iedere uitvoerende organisatie beschikt over een vaccinverantwoordelijke.
Het RIVM is verantwoordelijk voor de deskundigheidsbevordering voor professionals en het vaccinbeheer volgens GDP (good distribution practice). De fabrikant is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het vaccin.
Waren er geen contra-indicaties en werden de richtlijnen zoveel mogelijk gevolgd, dan is dus niet aannemelijk dat een individuele arts aansprakelijk wordt gehouden voor eventueel optredende vaccinschade.
Origineel bericht geplaatst op 14 januari 2021, bijgewerkt op 16 maart 2021.
Ben je arts en wil je reageren op dit artikel, stuur dan een mail naar communicatie@fed.knmg.nl