Slechts 5% van onze adviezen gaan naar huisartsen, terwijl zij juist veel potentiële kindermishandeling zien. Wij kunnen hen helpen, door mee te kijken of letsel wel door een ongeluk is ontstaan.’ Elise van de Putte, kinderarts sociale pediatrie en voorzitter van het Landelijk Expertisecentrum Kindermishandeling (LECK), hoopt dan ook dat met de herziene KNMG-meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld steeds meer artsen advies bij ons inwinnen en gegronde meldingen eerder plaatsvinden.
‘De eerste casus die we zagen in het LECK was een tweejarig jongetje met meerdere blauwe plekken en een grote blaar onder zijn voet,’ vertelt Elise van de Putte. ‘Hij kwam bij ons via Veilig Thuis, na een melding door het kinderdagverblijf. We hebben hem opgenomen en nader onderzocht.’ Het jongetje bleek een aantal nieuwe en oude botbreuken te hebben. In het verleden was hij al diverse malen bij de huisarts, de huisartsenpost en de spoedeisende hulp geweest.
‘Hij had een bovenbeenbreuk, omdat hij van de trap zou zijn gevallen. Daarnaast had hij breuken op de wervelkolom die niet gemakkelijk door een ongelukje ontstaan,’ vertelt Van de Putte. Zij verwacht dat met de herziene meldcode een kind eerder geholpen zal worden. ‘Je moet op de eerste plaats signaleren, goed kijken of het letsel overeenkomt met het verhaal. Dat was altijd al zo. Het verschil is dat je nu in elk geval moet melden bij acute of structurele onveiligheid en in andere (niet- acuut- of structureel) onveilige situaties als noodzakelijke hulp niet te organiseren is of niet wordt geaccepteerd.’
Kom je er niet uit, overleg dan met het LECK, adviseert Van de Putte die ook werkzaam is in het Wilhelmina kinderziekenhuis. ‘Wij helpen zorgprofessionals die vragen hebben over de duiding van letsel. Bij het jongetje met de blaar hadden we aan de hand van de foto’s kunnen zien dat bepaalde breuken hoogstwaarschijnlijk door iets anders dan een ongeluk zijn veroorzaakt. Na nader onderzoek hadden we kunnen adviseren om direct te melden bij Veilig Thuis. Het gaat immers om ernstig letsel in een acute situatie. Dit jongetje zou dan bijna een jaar eerder opgespoord zijn. Bij ieder vermoeden van kindermishandeling moet je als arts overigens ook altijd advies vragen aan Veilig Thuis, bij voorkeur aan de vertrouwensarts.’
Signalen van kindermishandeling herkennen, is complex volgens Van de Putte, en nog meer als het om verwaarlozing gaat. ‘Als een ouder bijvoorbeeld op een heel negatieve manier over het kind praat, waar het kind bij zit, dan is dat een signaal dat er mogelijk emotionele verwaarlozing speelt. Maar is het kind echt bedreigd in de ontwikkeling door de acties van deze ouder? Dat moet je hard zien te maken. Dat is vaak heel lastig.’ Van de Putte adviseert artsen dan ook om zich goed te laten scholen hierin, en die scholing regelmatig te herhalen. ‘Verder denk ik dat je de meldcode heel goed moet kennen en dat je moet weten wanneer je eigen kennis tekortschiet en je dus de expertise van iemand anders nodig hebt.’
Scholing in communicatie
Het LECK geeft ruim 200 adviezen per jaar. Van de Putte merkt dat veel kinderartsen het LECK al weten te vinden, maar voor huisartsen ligt dit anders. ‘Slechts 5 procent van onze adviezen geven wij aan huisartsen. Terwijl zij veel potentiële kindermishandeling zien in hun spreekkamer. Het zou enorm uitmaken als een huisarts zijn kennis aanvult met de kennis van een expert.’ Ze begrijpt dat kindermishandeling geen gemakkelijk onderwerp is voor artsen. ‘Het zijn geen fijne gesprekken om te voeren met ouders. Artsen zijn bang om ouders ten onrechte te beschuldigen. Niet alleen scholing in het herkennen van signalen, maar ook scholing in communicatie is daarom belangrijk.’
De herziene meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld stimuleert artsen volgens Van de Putte meer tot nadenken. “Is het mogelijk om bij dit kind de bedreigde ontwikkeling te keren? Lukt dat in het vrijwillig kader? Houden ouders zich aan afspraken? Bovendien brengen we nu signalen van verschillende professionals makkelijker samen, omdat de drempel om te melden is verlaagd. Het kan namelijk best zijn dat ik denk dat het allemaal nog in het vrijwillige kader lukt, maar dat school ziet dat het misgaat. Maar op school denken ze: het kind loopt bij een dokter, het zal wel goed zijn. Als alle partijen de signalen melden bij Veilig Thuis, dan maak je samen het plaatje compleet.’
Het LECK is een expertisecentrum dat bestaat uit drie academische ziekenhuizen (Rotterdam, Amsterdam en Utrecht) en het Nederlands Forensisch Instituut. Er werken voornamelijk kinderartsen en forensisch artsen.
De primaire taak van het LECK is duiding van afwijkingen en letsels vanuit de kindergeneeskundige én forensisch-medische hoek.
Het LECK is 24 uur per dag te bereiken via 0900-4445444.
Ben je arts en wil je reageren op dit artikel, stuur dan een mail naar communicatie@fed.knmg.nl