Spoedeisende geneeskunde wordt definitief erkend als medisch specialisme. Demissionair VWS-minister Ernst Kuipers meldt in een brief aan de Tweede Kamer dat hij daartoe over zal gaan na reactie van de Nederlandse Vereniging voor Spoedeisende Hulp Artsen (NVSHA) op een aantal voorwaarden die hij had gesteld. De NVSHA heeft aangegeven geen intentie te hebben om wijziging te brengen in het open format op de Nederlandse SEH's, het generalistisch profiel van de SEH-arts en de opleidingsduur.
SEH-artsen krijgen definitief erkenning als medisch specialisme | medischcontact
Kamerbrief over aanvraag van het CGS tot wettelijke erkenning SEH-arts als specialistentitel
In 2024 wordt een registratieplicht ingevoerd voor de verkooppunten van tabak en aanverwante producten, zoals vapes. Om de grote gezondheidsschade door roken tegen te gaan, geldt vanaf 1 juli 2024 een verkoopverbod van tabak in supermarkten. Dit verbod zal tot gevolg hebben dat er duizenden verkooppunten verdwijnen, maar er zullen ook nieuwe verkooppunten bijkomen. De nieuwe registratieplicht waarmee de ministerraad heeft ingestemd op voorstel van staatssecretaris Van Ooijen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, is bedoeld om extra zicht te houden op de ontwikkeling van het aantal verkooppunten. Staatssecretaris Van Ooijen: “We nemen continu nieuwe stappen om stoppen met roken makkelijker te maken en beginnen moeilijker.’’
Registratieplicht verkooppunten van tabak en vapes | Nieuwsbericht | Rijksoverheid.nl
Klager heeft een herseninfarct gehad. Volgens klager komt dit omdat de arts gestopt was met bepaalde medicijnen hiervoor geen vervangend cholesterolverlagend medicijn heeft voorgeschreven en dat hij hem te laat heeft doorverwezen naar de neuroloog. Hierdoor heeft klager schade opgelopen en is hij arbeidsongeschikt geworden. Daarnaast verwijt klager de arts dat hij de aansprakelijkheidstelling van klager niet heeft doorgestuurd naar zijn (beroepsaansprakelijkheid)verzekering. Het college is van oordeel dat de arts eerder en verder (neurologisch) onderzoek had moeten doen naar de aanhoudende klachten van klager. Nu hij dit niet heeft gedaan wordt de aanwezigheid van een indicatie om eerder door te verwijzen naar de neuroloog niet door de arts weerlegd. Dit klachtonderdeel is daarom gegrond. Ook het derde klachtonderdeel is gegrond. Het college overweegt dat van een arts mag worden verwacht dat hij correct en zorgvuldig omgaat met (schade)claims en klachten die naar aanleiding van zijn handelen worden ingediend door patiënten. Daaronder valt ook dat hij een aansprakelijkheidstelling tijdig meldt aan en doorgeleidt naar zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar. De arts is niet op de zitting verschenen en heeft geen verweer gevoerd. Het college heeft dan ook niet kunnen vaststellen of de arts de ernst van de hem gemaakte verwijten en de gegrond verklaarde klachtonderdelen inziet. Het college acht zijn gebrek aan reflectie en toetsbaar opstellen tijdens de gehele (tuchtklacht)procedure zorgelijk. Gelet hierop is het college van oordeel dat niet met een lichtere maatregel dan een berisping kan worden volstaan.
RTG Amsterdam 3 november 2023, zaaknr.A2023/5551, ECLI:NL:TGZRAMS:2023:242
Klager voelde zich niet goed en wilde verwezen worden naar een psycholoog voor depressie en traumaverwerking. De huisarts heeft klager die dag via zorgdomein verwezen naar D. Klager heeft in 2016 in een psychose zijn vrouw gedood. In hoger beroep is dit feit bewezen verklaard, maar is klager wegens volledige ontoerekeningsvatbaarheid niet strafbaar verklaard en ontslagen van alle rechtsvervolging. Klager verwijt de huisarts dat hij hem niet over de afwijzing op de hoogte heeft gesteld en hem niet verder heeft geholpen om een behandelaar te vinden voor zijn psychische klachten. Het college is van oordeel dat de huisarts klager had moeten informeren toen hij vernam dat zijn verwijzing niet werd geaccepteerd. De huisarts wist dat klager psychische hulp nodig had en dat klager voor die hulp dus niet bij deze behandelaar terecht kon. Daar komt bij dat de huisarts vond dat de behandelaar klager ten onrechte had afgewezen. De huisarts had direct contact met de behandelaar kunnen opnemen om te bespreken dat de afwijzing in zijn ogen onterecht was. De huisarts had dit ook nog kunnen doen toen klager contact opnam met zijn praktijk. Ook toen heeft de huisarts klager niet verder geholpen. De huisarts heeft later, nadat klager een klacht had ingediend, alsnog contact opgenomen met de behandelaar, waarna een intakegesprek met klager is ingepland. De behandeling van klager heeft door dit alles vertraging opgelopen, hetgeen mogelijk voorkomen had kunnen worden. De huisarts heeft ingezien dat hij anders had moeten handelen. De huisarts heeft tijdens het mondeling vooronderzoek zijn excuses aan klager aangeboden. Ook ter zitting heeft de huisarts zelfinzicht getoond. Gelet daarop acht het college een waarschuwing een passende maatregel.
RTG Amsterdam 3 november 2023, zaaknr. A2023/5514, ECLI:NL:TGZRAMS:2023:243
NZa mag voorlopig gegevens van ggz-patiënten blijven verwerken | medischcontact
Ggz-zorgaanbieders moesten voor 31 augustus 2023 eenmalig aan de NZa bepaalde patiëntgegevens aanleveren. Sommige aanbieders hebben nog niet aan deze verplichting voldaan omdat ze hiertegen principiële bezwaren hebben. Vanwege die bezwaren is actiegroep Vertrouwen in de ggz, waar onder anderen enkele psychiaters bij zijn aangesloten, een bodemprocedure tegen de NZa gestart. In afwachting van de uitkomst daarvan, vroeg een aantal partijen de voorzieningenrechter om de verplichting tijdelijk op te schorten. De voorzieningenrechter wees dit verzoek af,blijkt uit de uitspraak van 1 november. De eisers hebben ‘onvoldoende aannemelijk’ gemaakt ‘dat de verplichting tot gegevenslevering en de verwerking daarvan evident in strijd is met hoger recht en daardoor gestaakt moet worden’.
Het kabinet heeft zich de afgelopen twee jaar beziggehouden met de vraag, hoe Nederland beter voor te bereiden op een pandemie. Met het programma Pandemische Paraatheid wil minister Kuipers de kans op een mogelijke pandemie verkleinen en de sociale, economische en gezondheidsgevolgen beperken. De minister geeft met de voortgangsbrief, die naar de Tweede Kamer is gestuurd, verder invulling aan de inzet van de jaarlijks beschikbare € 300 miljoen. Ook geeft hij aan hoe de versterkingen er momenteel voor staan. Daarnaast zijn de kennis- en innovatieagenda's voor Pandemische Paraatheid gelanceerd. Deze geven de komende jaren richting aan het effectiever bestrijden van een volgende pandemie.
Voorbehouden handelingen zijn medische handelingen die alleen door - of in opdracht van - bevoegd zorgpersoneel mogen worden uitgevoerd. Het ministerie van VWS publiceerde onlangstwee overzichtenwaarin de voorwaarden staan waaronder het in opdracht uitvoeren van deze handelingen mogelijk is. Meer informatie over beroepen en voorbehouden handelingen vind je op: Dossier Wet BIG
Overzicht opdracht voorbehouden handelingen Wet BIG | KNMG
10% van de jongeren tussen 12 en 14 jaar zegt weleens een e-sigaret te gebruiken. Kuik vindt dat problematisch, want vapen is volgens haar enorm verslavend. Daarom moet er een accijns op vapes komen, stelt zij. Wat gaat de staatssecretaris doen om dat zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen?
Van Ooijen erkent de "verontrustende feiten" rondom vapen en wil stevige maatregelen treffen. Daarom is sinds 1 juli van dit jaar de onlineverkoop van e-sigaretten verboden. Vanaf 1 januari 2024 zijn vapes alleen nog in de tabaksspeciaalzaak te koop. Ook werkt het kabinet al aan een nationale accijns op vapes.
CDA vraagt naar de heffing op vapen | Tweede Kamer der Staten-Generaal
De Gezondheidsraad adviseert om de onderzoeksgrens in de Embryowet aan te passen naar 28 dagen. Voor onderzoek worden embryo’s gebruikt die overblijven na ivf-trajecten. Onderzoek met embryo’s tot 28 dagen na de bevruchting kan waardevolle kennis opleveren die nu buiten bereik is en die niet op een andere manier te verkrijgen is.
Onderzoeksgrens in Embryowet naar 28 dagen | Nieuwsbericht | Gezondheidsraad
Relevante gezondheidsrechtelijke ontwikkelingen op gebied van wet- en regelgeving en rechtspraak. Dit overzicht is opgesteld door de gezondheidsjuristen van de KNMG.
Het is mogelijk dat uitspraken opgenomen in het onderdeel rechtspraak nog niet onherroepelijk zijn en dat hier nog hoger beroep tegen in wordt gesteld.