Het is verkiezingstijd. Politieke partijen debatteren over zorg, maar in de spreekkamer blijft het vaak stil. Niet uit onverschilligheid, maar omdat de dagelijkse werkelijkheid van artsen complexer is dan verkiezingsleuzen kunnen uitdrukken. Dagelijks staan wij artsen voor lastige afwegingen bijvoorbeeld over wat medisch kan, maar maatschappelijk wringt, zoals behandelen waar andere ondersteuning nodig is, of doorverwijzen terwijl bestaanszekerheid ontbreekt.
Zo sprak ik een aios over een patiënt met ernstige spanningsklachten. Niet door ziekte, maar door schulden. “Ik kon adviseren wat meer ontspanning te zoeken en een verwijzing maken naar de psycholoog of maatschappelijk werker, maar de echte oplossing van dit probleem lag buiten mijn bereik.” De medische handvatten schoten tekort. Niet uit onkunde, maar omdat de oplossing buiten de zorg lag.
Dat zijn de verhalen die je zelden hoort in verkiezingsdebatten, maar die de kern van ons vak raken. Daarom vroegen we collega’s via een flitspeiling: wat moet het nieuwe kabinet agenderen? Bijna duizend artsen en studenten gaven hun stem.
De peiling laat zien: we voelen de rafelranden van een systeem dat te strak gespannen staat. Dat raakt me als KNMG-voorzitter en als bedrijfsarts. Thema’s als werkdruk, mentale gezondheid en personeelstekort springen eruit. Niet als abstracte beleidsvraagstukken, maar als dagelijkse realiteit. Eén van ons vatte het kernachtig samen: “Geef ons de ruimte om dokter te zijn.”
Die ruimte wordt steeds kleiner. Niet alleen door financiële druk, maar door een groeiend tekort aan zorgprofessionals, tijd en aandacht. We kunnen niet alles blijven aanbieden. Soms betekent goede zorg: verder reizen, een behandeling overslaan of accepteren dat het basispakket grenzen kent.
Ook wij artsen lopen tegen dilemma’s aan doordat de dagelijkse praktijk haar grenzen stelt. We zijn opgeleid om te helpen, om te handelen. Om ‘voor de zekerheid’ nog een controle of extra onderzoek te verrichten. Maar echte zorg begint soms met uitleggen waarom iets níét doen beter is. Dat vraagt inzicht, moed, en het vermogen om naast de patiënt te staan, niet er tegenover.
Uit de peiling klinkt een krachtig pleidooi voor een andere benadering. Niet streven naar méér zorg, maar naar betere gezondheid. Echte gezondheidswinst begint bij mensen die we niet altijd in beeld hebben, zij die worstelen met bestaanszekerheid, onveilige wijken of uitzichtloosheid. Gezondheid vraagt meer dan zorg. Het vraagt samenwerking buiten de spreekkamer, met verpleegkundigen, paramedici en het sociaal domein.
Die omslag vergt lef, om te demedicaliseren waar het kan, en het echte probleem centraal te stellen in plaats van de daaruit voortvloeiende medische klachten. De koers die AZWA inzet, biedt daarvoor houvast. Geen technocratisch model, maar een praktijk van nabijheid, eenvoud en gezond verstand. Een mensgerichte benadering waarin we ruimte maken voor wat echt telt.
De recente flitspeiling onder artsen laat zien dat veel collega’s verlangen naar minder systeemdruk en meer menselijkheid. Geen blauwdruk vol indicatoren, maar richtinggevend in eenvoud: Minder systemen, meer mensen. Minder productie, meer preventie. Een zorgstelsel dat weer voelt als van ons allemaal.
Toch weten we dat richting alleen niet genoeg is. Aan de grenzen van het haalbare – wanneer systemen piepen en mensen moe zijn, helpt het om terug te grijpen op de kern van het artsenvak. Hippocrates vatte het treffend samen: “Geneeskunde is soms genezen, vaak verlichten, altijd troosten.” Dat vraagt aandacht en vertrouwen, ook als de oplossing buiten onze macht ligt.
Wij staan klaar om bij te dragen. Maar we kunnen het niet alleen. De politiek moet luisteren naar de praktijk, en die ook werkelijk serieus nemen. Wat wij vragen, is redelijkheid. Wat we bieden, is meer dan inzet: het dagelijkse streven om mensen goed te helpen, juist als het systeem knelt.
Of we morgen nog zorg kunnen bieden aan wie het echt nodig heeft, hangt af van de keuzes die we vandaag durven maken. Keuzes over rechtvaardigheid, toegankelijkheid en vertrouwen.
Geef ons de ruimte om dokter te zijn. Dan beloof ik: wij nemen de verantwoordelijkheid die daarbij hoort, voor onze patiënten, voor de samenleving en voor de zorg van morgen.
Jurriaan Penders, voorzitter artsenfederatie KNMG
Ben je arts en wil je reageren op dit artikel, stuur dan een mail naar communicatie@fed.knmg.nl
Lees meer nieuws