- Wkkgz
De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) regelt twee onderwerpen: kwaliteit van zorg en klachtrecht. De Wkkgz beoogt te waarborgen dat patiënten kunnen vertrouwen op goede zorg en op een goede, snelle en laagdrempelige afhandeling van klachten en geschillen. De Wkkgz omschrijft ‘goede zorg’ als zorg van goede kwaliteit en van goed niveau. Onder goede zorg verstaat de wetgever onder meer dat de rechten van de patiënt zorgvuldig in acht worden genomen en zij of hij ook met respect wordt behandeld (artikel 2 Wkkgz). Op grond van de Wkkgz moet de zorgaanbieder bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) een melding doen als sprake is van ‘geweld in de zorgrelatie’ (artikel 11 Wkkgz en artikel 1, lid 1, achtste streepje Wkkgz). De Wkkgz omschrijft geweld in de zorgrelatie als breder dan alleen seksueel misbruik, ontucht en fysiek geweld. Ook verbaal geweld valt hieronder, evenals het uitoefenen van strafbare vormen van dwang en het sturen van seksueel getinte berichten/opmerkingen. - WGBO
De Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO, onderdeel van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek (BW)) regelt de juridische relatie, en daarmee een goede samenwerking tussen de arts en de patiënt. De wet beoogt de rechten van de patiënt te verduidelijken en te versterken, rekening houdend met de verantwoordelijkheid van de arts voor haar of zijn handelen als goed hulpverlener. Onder goed hulpverlenerschap (artikel 7:453 BW) valt ook dat de arts niet verder tot de privésfeer doordringt dan noodzakelijk is voor het verlenen van goede zorg. - Wet BIG
De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) regelt de bescherming van beroeps- en opleidingstitels van beroepen in de gezondheidszorg, en regelt het publiekrechtelijk tuchtrecht. Het doel van de Wet BIG en het tuchtrecht is om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken, en om de patiënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen van een arts. Artsen kunnen voor grensoverschrijdend (seksueel) gedrag tuchtrechtelijk worden vervolgd. - Wetboek van Strafrecht
In het Wetboek van Strafrecht (Sr) staan de misdrijven en overtredingen die strafrechtelijk kunnen worden vervolgd. Artsen die in het kader van hun beroep een misdrijf plegen of een overtreding begaan, kunnen hiervoor strafrechtelijk worden vervolgd. Bijvoorbeeld als zij zich, al dan niet in een klinische setting, schuldig maken aan het plegen van ontuchtige handelingen (artikel 246 Sr en 249 Sr) of verkrachting (artikel 242 Sr). De rechter neemt de kwetsbare relatie van de patiënt ten opzichte van de arts mee in de beoordeling van de straf en kan op grond daarvan een extra hoge straf opleggen. De rechter kan een arts ook de bevoegdheid tot het uitoefenen van haar of zijn beroep ontnemen of voorwaarden opleggen waaronder de arts haar of zijn beroep mag uitoefenen (artikel 28, lid 1 Sr).