Het CGS heeft als beleid dat het in beginsel geen nieuwe specialismen of profielen erkent, tenzij er een maatschappelijke noodzaak is. Wilt u een deelgebied van de geneeskunde laten erkennen als specialisme of profiel, dan duurt deze procedure gemiddeld 9 maanden tot 1,5 jaar. Hieronder staat stapsgewijs beschreven hoe het aanvragen van een dergelijke erkenning in zijn werk gaat.
Wij raden u aan om voorafgaand aan de formele aanvraag eerst een informele afspraak met het presidium van het CGS te maken. Doel van dit gesprek is aan u de procedure uit te leggen en de haalbaarheid en wenselijkheid van de aanvraag in kaart te brengen. Tijdens dit gesprek kunnen aspecten aan de orde komen zoals:
U dient een formele aanvraag in bij het CGS. Daarin beschrijft u het betreffende vakgebied zo helder mogelijk. Aanvragen kunnen worden ingediend door representatieve vertegenwoordigers van het vakgebied, bijvoorbeeld de wetenschappelijke vereniging.
Bij de aanvraag dient u mee te sturen:
Het CGS bespreekt uw aanvraag in de vergadering. In beginsel nodigt het CGS uw vereniging voor die vergadering uit, zodat u uw aanvraag kunt toelichten. Vervolgens kan het CGS een commissie instellen om het CGS te adviseren over uw aanvraag. Het is ook mogelijk dat het CGS direct een uitspraak doet over de onhaalbaarheid van de erkenning.
Als het CGS besluit een commissie in te stellen, stelt het CGS deze samen vanuit zijn eigen leden.
De commissie doet een vooronderzoek en bekijkt in hoeverre het vakgebied voldoet aan de criteria voor erkenning, zoals omschreven in het Toetsingskader (toetsingskader specialismen, toetsingskader profielen). Daarbij is het bijvoorbeeld van belang om te onderzoeken of het vakgebied een zelfstandig terrein beslaat dat apart erkend moet worden en of het vakgebied groot genoeg is om een apart kwaliteitssysteem te rechtvaardigen.
Daarnaast bekijkt de commissie of het opleidingsplan voldoet aan de eisen in het Kaderbesluit. Hiervoor is een toetsingskader gemaakt, dat gebaseerd is op de criteria in de kaderbesluiten.
Als de commissie haar voorlopige bevindingen ten opzichte van de erkenningscriteria heeft beschreven, legt de commissie deze voor aan het CGS. Daarbij stemt de commissie met het CGS af welke partijen de commissie vervolgens mondeling of schriftelijk raadpleegt om haar bevindingen inhoudelijk te toetsen en zo nodig bij te stellen en standpunten te inventariseren. De te raadplegen partijen zullen doorgaans de aanvrager zijn, andere aanpalende of relevante wetenschappelijke verenigingen, de RGS en eventuele andere organisaties.
De commissie brengt vervolgens een eindadvies uit aan het CGS. Het eindadvies van de commissie is opgemaakt in de vorm van een concept besluit, hetzij positief hetzij negatief. Bij een positief advies bekijkt de commissie ook onder welkclustervan specialismen het nieuwe vakgebied zou moeten vallen. Deze keuze voor eenclusterhangt af van de structuur van de opleiding en heeft geen inhoudelijke achtergrond.
Het CGS beoordeelt vervolgens het advies van de adviescommissie in relatie tot de aanvraag. Het CGS komt dan tot een positief of negatief besluit en legt dit vast in een ontwerpbesluit.
Het CGS legt het ontwerpbesluit vervolgens voor advies voor aan:
De organisaties hebben acht weken de tijd om advies uit te brengen. Ook plaatst het CGS een aankondiging van het ontwerpbesluit in het KNMG-orgaan Medisch Contact. Daarnaast komt het ontwerpbesluit op de website KNMG.
Gelijktijdig verzoekt het CGS de RGS een uitvoeringstoets te doen.
De adviezen worden door het CGS gewogen en eventueel overgenomen in het ontwerpbesluit. Vervolgens stelt het CGS het besluit vast.
Het besluit wordt ter kennisneming gestuurd naar het Federatiebestuur van de KNMG, de betreffende beroepsvereniging(en), de betreffende wetenschappelijke vereniging(en) en andere belanghebbenden. Als adviezen niet zijn overgenomen, dan geeft het CGS de reden daarvan aan.
Als het om (positieve) erkenning van een specialisme gaat, vraagt het CGS de minister van VWS de specialistentitel van het CGS aan te merken als wettelijk erkende specialistentitel, als bedoeld in artikel 14, eerste lid van de Wet BIG. Voor de (positieve of negatieve) erkenning van profielen of voor een afwijzing tot erkenning als specialisme, geldt deze wettelijke erkenning niet.
In een separaat besluit legt het CGS bepalingen over in elk geval de opleiding tot het profiel of specialisme vast. Als het om een wettelijk erkend specialisme gaat, moet de minister met dit separate besluit instemmen.
Na erkenning door VWS en publicatie van dat besluit in de Staatscourant (als het om erkenning van een
specialisme gaat) of na publicatie in Medisch Contact (als het om een profiel gaat), treedt het erkenningsbesluit in werking. In de meeste gevallen is in het besluit een datum voor inwerkintreding bepaald (vaak 1 januari of 1 juli). Het CGS streeft ernaar dat er tussen vaststelling van het ontwerpbesluit en
inwerkingtreding minimaal een half jaar zit, zodat er voldoende tijd is voor voorbereidingen op het nieuwe besluit.
De formele procedure voor het erkennen van een specialisme of profiel is neergelegd in de Regeling specialismen en profielen geneeskunst van de KNMG (m.n. in de artikelen 11, 13 en 14).