Sportgeneeskunde is een erkend specialisme. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft ingestemd met het besluit daartoe van het College Geneeskundige Specialismen (CGS) van de artsenfederatie KNMG, dat op 1 juli 2014 in werking trad. Sportarts is sindsdien een wettelijke erkende specialistentitel.
Omdat het CGS sinds 1 juli 2011 geen onderscheid meer maakt naar clusters van specialismen, was de sportgeneeskunde aangewezen als geneeskundig specialisme. Dat maakt de sportgeneeskunde formeel geen medisch specialisme, maar het was wel als zodanig te beschouwen en te behandelen.
In 2015 is gebleken dat de sportgeneeskunde in de praktijk niet als medisch specialisme werd behandeld. Dat was aanleiding voor het CGS om alsnog te bepalen dat de sportgeneeskunde als medisch specialisme wordt toegevoegd aan de rij van medisch specialismen in het Kaderbesluit CCMS. Het CGS heeft daartoe in 2015 een besluit genomen dat op 1 januari 2016 in werking is getreden. Sindsdien is de sportgeneeskunde zowel feitelijk als formeel een medisch specialisme.