Als deze column verschijnt liggen de verkiezingen achter ons en is de formatie begonnen. Wat mij betreft moet daarbij blijvend en nadrukkelijk op de agenda staan hoe we de preventieve gezondheidszorg definitief en langdurig in het Nederlandse beleid gaan borgen. In aanloop naar het Grote Zorgdebat pleitte ik in Skipr voor een ‘Preventiewet2040’ in analogie met de klimaatwet. Dat idee leg ik nu graag bij de formateurs op tafel.
De coronacrisis leert ons hoe belangrijk aandacht voor volksgezondheid is, naast goede Cure en Care. Enerzijds omdat we pijnlijk hebben geleerd hoe belangrijk organisaties zoals de GGD voor Nederland zijn, en welke prijs we betalen als de overheid die met rondes bezuinigingen langzaam steeds verder uitkleedt. Anderzijds omdat we gezien hebben hoe kwetsbaar mensen met een ongezonde leefstijl zijn in een pandemie.
Politieke aandacht voor preventie en volksgezondheid is er nu volop. De vraag is hoe we zorgen dat die hernieuwde aandacht, waardering en financiering niet weer geleidelijk verdwijnt zodra de urgentie van deze crisis is weggezakt. Dat zou niet voor het eerst zijn, want het gebeurde helaas na SARS en de Mexicaanse griep ook.
Daarom roep ik de formateur op om preventiedoelen langjarig vast te leggen, in een Preventiewet2040 waarin we harde, meetbare doelen vastleggen voor de volksgezondheid in 2040. Doelen waarmee we onszelf langjarig vastleggen op het gezond hóuden van de bevolking.
Over 20 jaar moet de Nederlandse bevolking gemiddeld een heel stuk gezonder zijn dan nu. Met welke wetten of met welke investeringen we die doelen bereiken blijft de taak van kabinetten en andere overheden, maar dat we ze moeten bereiken moeten we spijkerhard verankeren. Dat kan, dat weten we door de Klimaatwet in 2019 die vastlegt dat Nederland in 2050 de CO2 uitstoot met 95% moet hebben verminderd.
Dat moet niet alleen langjarig, het moet ook domein overstijgend. Een uitdaging zoals het terugdringen van leefstijl-gerelateerde obesitas vraagt inspanning en betrokkenheid van bijna vrijwel alle ministeries, van gemeentes en andere overheden: gezond voedsel moet de maat worden in het supermarktschap, voor werkgevers moet het vanzelfsprekend zijn om beweging op de werkvloer te stimuleren, de overheid moet armoedeval beter voorkomen, laagdrempelig toegang tot sport zekerstellen, infrastructuur aanleggen voor de fiets in plaats van de auto. Datzelfde geldt ook voor bijvoorbeeld armoedebestrijding of roken: de bevolking van Nederland gezond houden kan alleen als alle partijen binnen de overheid en daarbuiten samenwerken, met duidelijke, breed gedragen en harde langetermijndoelen.
De belangrijkste vraag die in de formatie op tafel ligt is hoe we sterker uit deze crisis komen. Dat betekent voor mij ook: hoe we blijvend gezonder uit de crisis komen. Gaan we door op dezelfde weg of benutten we deze crisis om blijvend iets te veranderen?
Met de klimaatwet heeft de politiek laten zien dat ze weldegelijk over de termijn van een kabinet kan heen kijken. Dat is nu weer nodig, zeker op het gebied van preventie en volksgezondheid.
René Héman, voorzitter artsenfederatie KNMG
Ben je arts en wil je reageren op dit artikel, stuur dan een mail naar communicatie@fed.knmg.nl