Euthanasie of hulp bij zelfdoding is een ingrijpend proces voor de patiënt en zijn naasten. Dat geldt ook voor artsen. De meeste artsen krijgen niet vaak een verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding. Krijgen zij dat wel, dan moeten ze aan strenge eisen voldoen. Specifieke ondersteuning is daarom belangrijk. Het KNMG-programma SCEN voorziet daarin. SCEN staat voor Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland.
Als een arts een euthanasieverzoek krijgt, moet hij zich houden aan de zorgvuldigheidseisen in de Euthanasiewet (de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding). Een van die eisen is dat een arts die voornemens is om euthanasie uit te voeren, altijd een onafhankelijke arts moet raadplegen. Voor deze consultatie kan hij een beroep doen op een SCEN-arts. Ook kan hij een SCEN-arts bellen als hij behoefte heeft aan steun of advies. SCEN-artsen zijn huisartsen en medisch specialisten die speciaal zijn opgeleid om deskundige en onafhankelijke steun en consultatie te geven aan collega-artsen. Zij doen dit werk naast hun gewone praktijk. De KNMG verzorgt de opleiding, registratie en begeleiding van SCEN-artsen.
SCEN-artsen hebben twee taken: het uitvoeren van consultaties en het verlenen van steun en advies.
Consultatie
Als een arts aan een euthanasieverzoek van een patiënt wil voldoen, kan hij een SCEN-arts inschakelen voor een consultatie. Deze toetst dan of aan de zorgvuldigheidseisen van de Euthanasiewet is voldaan. De SCEN-arts voert daarvoor een gesprek met de arts, bestudeert de medische informatie en bezoekt de patiënt. Vervolgens geeft hij een oordeel aan de arts. Een SCEN-arts zal nooit de uitvoering van de euthanasie van de arts overnemen.
Het oordeel van de SCEN-arts is niet bindend. Dat wil zeggen dat de arts die het consult heeft aangevraagd, niet verplicht is het oordeel van de SCEN-arts over te nemen. De arts mag afwijken van een negatief oordeel, maar hij moet afdoende kunnen onderbouwen waarom hij dat doet. De SCEN-consultatie is immers juist bedoeld voor de arts om te reflecteren op het eigen oordeel. Bij een negatief SCEN-oordeel besteedt de SCEN-arts in het verslag extra aandacht aan de onderbouwing van zijn oordeel en biedt hij aan dit inhoudelijk met de arts te bespreken. Het afwijken van een oordeel van de SCEN-arts kan bij de RTE leiden tot het stellen van aanvullende vragen.
Steun
Een arts kan een SCEN-arts ook vragen om informatie en advies over euthanasie. Bijvoorbeeld over de juridische, ethische en communicatieve aspecten ervan, of over de medisch-technische uitvoering. Dit betreft meestal een eenmalig contact. Daarnaast kan een arts bij een SCEN-arts terecht als hij achteraf wil praten over het (emotionele) verloop van de uitvoering van de euthanasie.
SCEN is een programma van de KNMG, dat wordt gefinancierd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het SCEN-programma is opgezet om:
Met dit programma wil de KNMG bijdragen aan een zorgvuldige en deskundige euthanasieprocedure in Nederland. U leest er meer over op de pagina over de organisatie van SCEN.
Hier leest u meer over de geschiedenis van SCEN.
Heeft u een persvraag? Neem contact op met Communicatie & Public Affairs