Een glas whisky bij de boekhandel, een wijntje bij de kapper en een cocktail bij de opening van een tentoonstelling. Ik zie het overal om me heen. Blurring, alcoholverstrekking op plaatsen waar dit volgens de wet is verboden, is breed geaccepteerd en wordt misschien zelfs verwacht. VVD Kamerlid Thierry Aartsen wil met een wetsvoorstel blurring legaliseren, want alcohol schenken zou bijdragen aan een levendiger winkelgebied en de omzet van winkels kunnen verhogen. Deze ontwikkeling staat op gespannen voet met de Alcoholwet die erop is gericht om, in het belang van de volksgezondheid, het gebruik van alcohol terug te brengen door het aanbod te beperken. Van winkelen een alcoholische activiteit maken staat ook haaks op het advies van de WHO en lijnrecht op de doelen van het Nationaal Preventieakkoord.
Of het nu gaat om volksgezondheid, veiligheid in het verkeer of het uitgaansleven of voetbalwedstrijden: alcohol is een sociaalmaatschappelijk- en economisch probleem. En onze samenleving wordt de dupe van het nieuwe wetsvoorstel dat beoogt het aanbod van alcohol te verruimen. Uit recente cijfers blijkt dat alcoholproblematiek met 44% de grootste problematiek in de verslavingszorg vertegenwoordigt. Als alle kosten van alcohol (hart- en vaatziekten, kanker, verminderde kwaliteit van leven, verminderde arbeidsproductiviteit, verkeersongevallen, toename van geweld etc.) en baten (zoals accijnsinkomsten) bij elkaar worden opgeteld, dan kost alcohol de samenleving volgens berekeningen van het RIVM tussen de 4 en 6 miljard euro per jaar Deze kosten worden door dit wetsvoorstel nog verder verhoogd. Dat is geld dat we ook kunnen investeren om de gezondheid van de burger te verbeteren.
Het wetsvoorstel van Aartsen is een vreemde zet in een tijd waarin de volksgezondheid onder druk staat en er veel publiek geld wordt geïnvesteerd in initiatieven om jongeren en volwassenen gezonder te laten leven. In het Preventieakkoord uit 2018 zijn niet voor niets afspraken gemaakt om alcoholgebruik terug te dringen. Doel is immers dat verschillende groepen minder of geen alcohol drinken in 2040. Zo moet de groep jongeren die ooit alcohol heeft gedronken worden teruggebracht van 45% naar 25%, waarbij het streven is om uiteindelijk tot 0% alcoholgebruik te komen onder de 18 jaar. En ook het overmatig alcoholgebruik moet worden gereduceerd van 8,8% naar 5%. Het is zo goed als onmogelijk die doelen te bereiken als je de alcoholkraan openzet.
Dus laten we met elkaar concluderen dat het ronduit een slecht idee is om het aanbod van alcohol te verruimen. Het alcoholpreventiebeleid wordt met het voorstel van Aartsen op de helling gezet. Het concept van ‘altijd en overal’ drinken zal leiden tot normvervaging en normalisering van alcoholgebruik op plaatsen en momenten waar dat voorheen niet gebruikelijk was, met alle eerdergenoemde negatieve effecten van dien. Blurring van alcohol gaat ten koste van de gezondheid van het individu en de samenleving als geheel.
Als de overheid haar taak serieus neemt om ‘de gezondheid van heel veel Nederlanders te verbeteren’ en ‘health in all policies’ nastreeft door een leefomgeving voor burgers te creëren die bijdraagt aan gezondheid en vitaliteit voor ieder individu, dan is het onbegrijpelijk en onacceptabel dat diezelfde burger naar de winkel wordt gelokt met alcohol omdat dit de economie ten goede zou komen. Het lijkt erop dat de overheid een dubbelzinnige houding heeft ten opzichte van alcoholgebruik.
René Héman, voorzitter artsenfederatie KNMG
Ben je arts en wil je reageren op dit artikel, stuur dan een mail naar communicatie@fed.knmg.nl