Kan ik als arts vragen beantwoorden van de gemeente over een bepaalde patiënt? Wat mag ik tegen een vertegenwoordiger of voogd van een patiënt zeggen? Moet ik de politie bellen om te voorkomen dat mijn patiënt dronken in de auto stapt? Mag ik zonder toestemming van de patiënt een melding doen bij een vermoeden van kindermishandeling?
Bij de toepassing van het medisch beroepsgeheim, sta je als arts regelmatig voor dit soort vraagstukken. Zelfs als je de regels erop hebt nagelezen, zul je vaak zelf de afweging moeten maken wat in een bepaalde situatie het juiste is om te doen. Als arts heb je zo enerzijds de vrijheid om je eigen – op de situatie toegesneden- beslissing te maken. Tegelijkertijd heb je de verantwoordelijkheid bij doorbreking van het medisch beroepsgeheim deze keuze te kunnen onderbouwen.
Het medisch beroepsgeheim bestaat uit een zwijgplicht en een verschoningsrecht:.
Er zijn een aantal zorgvuldig bepaalde situaties waarin je als arts het beroepsgeheim moet of mag doorbreken. Als belangrijke voorwaarde geldt dat je de keuze tot doorbreking van het beroepsgeheim moet kunnen motiveren.
Situaties waarin het beroepsgeheim mag worden doorbroken. Zie voor een uitgebreide toelichting op deze doorbrekingsgronden de KNMG-richtlijn Omgaan met medische gegevens (pdf).
1. Met toestemming van de patiënt
Met toestemming van de patiënt mag je gegevens aan andere personen verstrekken. Je bent verplicht om de patiënt vooraf te vertellen over het doel, de inhoud en de mogelijke gevolgen hiervan. De toestemming van de patiënt moet een vrije keuze zijn. Een patiënt moet zijn toestemming ook uitdrukkelijk geven. Dit kan mondeling of schriftelijk. Als je twijfelt of de patiënt wel vrijwillig toestemming heeft gegeven, ga dan (opnieuw) in overleg met de patiënt.
2. Veronderstelde toestemming van de patiënt
In sommige situaties mag je de toestemming van de patiënt voor het delen van gegevens veronderstellen:
3. Wettelijke spreekplicht en meldrecht
4. Conflict van plichten
Het kan gebeuren, dat je als arts in een ‘conflict van plichten’ komt. In zo’n situatie moet je als arts afwegen of je je zwijgplicht doorbreekt vanwege een ander belang, het voorkomen van mogelijk ernstige schade voor de patiënt of een ander.
Een conflict van plichten ontstaat bijvoorbeeld als een patiënt aangeeft iemand anders iets ernstigs te willen aandoen. Het voorkomen van schade kan dan zwaarder wegen dan de privacy van de patiënt. Je kunt in zo’n situatie besluiten de politie (of het slachtoffer) in te lichten. Een ander voorbeeld is een dronken patiënt die zelf met zijn auto naar huis wil rijden. Door de politie in te schakelen kun je mogelijk voorkomen dat deze patiënt zichzelf verwondt of een ander schade toebrengt.
Om een beroep te kunnen doen op het ‘conflict van plichten’ moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
5. Zwaarwegend belang
Er zijn situaties waarin iemand een ‘zwaarwegend’ belang heeft bij het ontvangen van bepaalde informatie over een patiënt. In de jurisprudentie is als zwaarwegend belang onder meer het recht op informatie over afstamming of informatie over ernstige erfelijke aandoeningen geaccepteerd. In dergelijke situaties is het aan de arts het ‘zwaarwegend belang’ van een ander af te zetten tegen het belang van de geheimhouding.