Als je als arts een behandeling of onderzoek wilt uitvoeren, moet de patiënt daarover geïnformeerd worden en daarvoor toestemming geven. Dat heet ‘informed consent’. Informed consent is een norm die een uitwerking is van de waarde ‘respect voor autonomie’. Informed consent heeft dus zowel een morele waarde, als een juridische waarde (het regelen van rechten en plichten) en een instrumentele waarde (de patiënt voorbereiden op de behandeling).
Voor informed consent is het nodig dat de patiënt wilsbekwaam is, dat hij de toestemming vrijwillig verleent, en dat hij voldoende en adequaat is voorgelicht. Er zijn situaties waarin de patiënt geen toestemming kan geven, bijvoorbeeld omdat hij buiten bewustzijn is, of niet in staat is om een beslissing te nemen, zoals bij dementie. In die gevallen kan de arts (in een acute situatie) soms toestemming veronderstellen of de wettelijk vertegenwoordiger om toestemming vragen.
Lees verder in het KNMG-dossier over informed consent.